5

Ontwikkeling en resultaten

Tussentijdse toetsen

Resultaten van ons onderwijs
Het is van groot belang om na te gaan wat de resultaten zijn van ons onderwijs: doen wij de goede dingen en… doen wij de juiste dingen ook goed? De resultaten van ons onderwijs willen we afmeten aan de mate waarin wij erin slagen álle leerlingen te begeleiden. Door middel van ons volgsysteem en onze structuur van onderwijs en begeleiding, kunnen zoveel mogelijk leerlingen op onze school onderwijs volgen. De vaststelling van de resultaten moet zo objectief mogelijk gebeuren. De onderstaande punten geven een objectieve indicatie van de kwaliteit van het onderwijs op school.

Methode gebonden toetsen
Methoden zijn een middel om een onderwijsdoel te bereiken. Bovendien bieden ze leerkrachten houvast om kwalitatief goed onderwijs te bieden. Steeds meer methoden bevatten materialen, didactische aanwijzingen en suggesties voor extra instructie om onderwijs op maat te kunnen verzorgen. De methoden hebben een eigen registratiesysteem, waarin de leerkracht het gegeven onderwijsaanbod noteert. Ook registreert de leerkracht de resultaten van de tussentijdse toetsen. Op basis daarvan kan het onderwijsaanbod tussentijds worden bijgesteld. Op deze manier volgt en bewaakt de leerkracht de ontwikkeling van individuele leerlingen en de groep per leergebied.

CITO, LOVS en Schoolzelfevaluatie
Naast methode gebonden toetsen gebruiken we methodeonafhankelijke toetsen om de ontwikkeling van individuele leerlingen en de groep te volgen. Het Leerling- en onderwijs-volgsysteem. Leerlingontwikkelingsvolgsysteem van CITO voorziet in een optimale onderlinge afstemming van al onze toetsen voor het basisonderwijs: de toetsen van het leerlingvolgsysteem en de Eindtoets Basisonderwijs. Met de toetsen kunnen de vorderingen van individuele leerlingen en groepen leerlingen gevolgd en geanalyseerd worden. Met behulp van de diepte-analyse van de resultaten gebruiken we de gegevens ook om het onderwijs op schoolniveau te analyseren en verder te ontwikkelen. Dit betekent dat we op onze school streven naar een percentage van 60% -70% van de leerlingen een I-II-III score op de hoofdvakgebieden; Begrijpend lezen, technisch lezen, spelling en reken-wiskunde. Landelijk ligt dit op 60 %.

KIJK
In de groepen 1-2 maken we gebruik van het observatiesysteem Kijk! Hierin volgen we de ontwikkeling van uw kind op verschillende gebieden. In dit systeem kunnen we goed zien op welk ontwikkelingsniveau uw kind werkt en handelt. Hiermee kunnen we nog beter aansluiten bij de behoefte van de kinderen.

Zien!
Om de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen goed in kaart te krijgen, maken we vanaf groep 3 gebruik van het observatiesysteem Zien! Middels 28 vragen verdeeld over 7 domeinen brengen we de sociaal emotionele ontwikkeling van uw kind in kaart. Dit om op een goede manier uw kind te ondersteunen in de sociale ontwikkeling.

Resultaten eindtoets

Wat is de eindtoets?
Aan het eind van de basisschool maken alle leerlingen een eindtoets (deze heet nu doorstroomtoets, deze vindt plaats in februari). Dit is verplicht. Met de eindtoets kunnen leerlingen laten zien wat ze op de basisschool hebben geleerd. De leerkracht geeft de leerling een advies voor het onderwijsniveau in het voortgezet onderwijs. Scoort de leerling op de toets beter dan het advies van de leerkracht? Dan moet de school het advies heroverwegen. Bij een lagere score hoeft dit niet. De eindtoets is geen examen, leerlingen kunnen niet slagen of zakken.

Referentieniveaus
De Inspectie van het Onderwijs controleert of het onderwijs op scholen van voldoende niveau is. De eindtoetsresultaten van de leerlingen spelen een belangrijke rol bij deze controle. Vanaf 1 augustus 2020 gebruikt de inspectie referentieniveaus om te bepalen of een school voldoende of onvoldoende presteert.

Wat zijn referentieniveaus?
Een eindtoets meet voor de onderdelen Nederlandse taal en rekenen:

Het fundamentele niveau (basisniveau) en het streefniveau (hogere niveau) worden ook wel de
‘referentieniveaus’ genoemd. Ze zeggen dus welk niveau de leerlingen op de school hebben gehaald op de gebieden taal en rekenen. Om te kijken of de school voldoende of onvoldoende heeft gescoord, worden ze vergeleken met signaleringswaarden van de Inspectie van het Onderwijs.

Wat zijn signaleringswaarden?
Hoeveel procent de school minimaal moet halen op de beide niveaus ligt vooraf vast. Deze percentages worden namelijk door de Inspectie van het Onderwijs bepaald. Als de school minder goed scoort dan deze vastgestelde, minimale waarde, kan het een signaal zijn dat er misschien iets niet goed gaat op de school. Daarom worden deze minimale scores ‘signaleringswaarden’ genoemd.
Wanneer het percentage leerlingen op de school voor zowel het fundamentele niveau als het streefniveau op of boven de signaleringswaarden liggen, zijn de resultaten in dat schooljaar voldoende.

Onze resultaten op de CITO Eindtoets basisonderwijs
In april maken alle leerlingen van groep 8 de Eindtoets Basisonderwijs van CITO, die landelijk genormeerd is. Daarmee ontstaat een beeld van de individuele prestaties van de leerlingen en van de school als geheel. Scholen kunnen zich onderling vergelijken met het gemiddelde van alle deelnemende scholen, maar ook met het gemiddelde van de scholen die gelet op de sociaal-culturele achtergrond van hun leerlingen vergelijkbaar zijn. De scores van de Eindtoets basisonderwijs liggen tussen de 500 en 550. Hieronder vindt u onze resultaten van de afgelopen schooljaren. Wij scoren met CET van 2021-2022 onder het landelijke gemiddelde. Toch kloppen alle scores met de adviezen die gegeven zijn. De subsidiegelden van NPO (n.a.v. evt. leerachterstanden door Corona), worden aankomend schooljaar ingezet voor kwalitatief sterker onderwijs op Rekenen en Lezen.

Welk percentage leerlingen behaalt het fundamentele niveau in 2021-2022?

% 1F behaald (over drie schooljaren)
IKC de Wieling: 94.5%
Vergelijkbare scholen:
95.4%
Signaleringswaarde inspectie: (85,0%)

Welk percentage leerlingen behaalt het streefniveau in 2021-2022?

% 1S/2F behaald (over drie schooljaren)
IKC de Wieling: 51.4%
Vergelijkbare scholen:
58.3%
Signaleringswaarde inspectie: (47.3%)

Schooladviezen

Welke schooladviezen heeft de school aan de leerlingen gegeven in 2020-2021?

Schooladvies
Percentage leerlingen

vmbo-b

4,2%

vmbo-b / vmbo-k

4,2%

vmbo-k

12,5%

vmbo-k / vmbo-(g)t

25,0%

vmbo-(g)t

16,7%

vmbo-(g)t / havo

4,2%

havo

8,3%

havo / vwo

8,3%

vwo

16.7%

  

Sociale ontwikkeling

Visie op Sociale opbrengsten

Wat verstaan scholen onder sociale opbrengsten?
Kinderen leren en ontwikkelen op school vaardigheden die nodig zijn om op een goede manier met anderen om te gaan. En om bij te dragen aan de samenleving. Het gaat om vaardigheden zoals samenwerken, ruzies oplossen en jezelf weten te redden. Door deze vaardigheden is het fijn en veilig op school en verbeteren de leerprestaties. Kinderen nemen op een positieve manier deel aan de maatschappij.

Onze kernwaarden uit de visie op sociale opbrengsten zijn:

IKC De Wieling schept een vriendelijk, veilig en ordelijk klimaat. Elk kind kan zich hier optimaal ontwikkelen. We hebben een veilige school beleid. Dit beleid is geen onveranderlijk plan. Nieuwe inzichten over ontwikkelingskansen van kinderen, nieuwe ideeën van ouders over waarden en normen en nieuwe richtlijnen vanuit de overheid kunnen leiden tot aanpassing van dit beleid.

Sociale veiligheid
Wij gaan er vanuit dat een kind zich op school prettig en geborgen voelt. Wij streven ernaar dat een kind graag naar school gaat. Een goed leefklimaat op school, waarbij een kind zich veilig en geborgen voelt, is van enorm belang. Zo kan een kind zich ontwikkelen tot een verdraagzaam mens met zelfrespect en respect voor anderen, zelfvertrouwen en de durf om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen doen en laten. Op school gaan leerkrachten en kinderen op een plezierige en respectvolle manier met elkaar om. Zowel ongewenst als gewenst gedrag wordt zoveel mogelijk bespreekbaar gemaakt. Dit draagt bij aan een goed schoolklimaat.
We streven naar een open schoolgebouw waarin lesgegeven wordt volgens onze visie op het kind, het herkennen en erkennen van verschillen. Dit alles tezamen levert de bouwstenen voor een prettige ongedwongen sfeer, waarin met wederzijds respect en bewondering voor elkaar een pedagogisch klimaat gecreëerd wordt. Dit willen we op de volgende manieren bereiken:
We zijn een kindvriendelijke school. Dat blijkt uit het feit dat alle kinderen hier welkom zijn, ook kinderen met een bijzondere zorg.
Kinderen moeten met plezier naar school gaan. Dit houdt in: een open houding in het contact met ouders en leerlingen.
We scheppen een prettige sfeer op school, waarbij positieve aandacht voorop staat.
Ouders worden serieus genomen, hun mening over schoolzaken telt mee.
We zijn een laagdrempelige school, waarbij we open staan voor zowel leer- als overige problemen. Leerlingen moeten zich in en rondom de school veilig voelen. Letterlijk veilig, dankzij duidelijke afspraken die zowel in als buiten de school gelden. Ook toezicht op het schoolplein en een veilig gebouw dragen daartoe bij. Persoonlijke veiligheid is er door kinderen het vertrouwen te geven dat ze altijd bij de leerkrachten terecht kunnen.
Kinderen worden binnen al hun mogelijkheden gestimuleerd, gecomplimenteerd en uitgedaagd, waarbij rekening gehouden wordt met verschillen in leren, tempo, interesses en capaciteiten.

Werkwijze Sociale opbrengsten

Om sociale opbrengsten te waarborgen werken we op de Wieling met het programma van Kwink.
Kwink is een online methode voor sociaal-emotioneel leren (SEL). Inclusief burgerschap en mediawijsheid. Voor groep 1 t/m 8 van het primair onderwijs. Kwink biedt een doordacht SEL-programma, gebaseerd op de laatste wetenschappelijke inzichten. Praktisch, leuk en altijd actueel. Gericht op preventie (van bijvoorbeeld pesten op school) en de kracht van een veilige groep. Sluit goed aan bij de principes van PBS (Positive Behaviour Support).
Kwink:

Kwink: wetenschappelijk onderbouwd en erkend Kwink is geïnspireerd op het boek ‘Groepsplan Gedrag, planmatig werken aan passend onderwijs’ van dr. Kees van Overveld. Kees van Overveld is inhoudelijk adviseur van Kwintessens, de maker van Kwink. Hij bundelde zijn ervaring en kennis én bewezen wetenschappelijke inzichten in het boek ‘Groepsplan Gedrag’. Internationaal onderzoek (www.casel.org) wijst uit dat een sterk ingevuld programma voor sociaal-emotioneel leren (SEL) in combinatie met goed klassenmanagement, ook tot hogere scores leidt voor taal, lezen en rekenen. De onafhankelijke Erkenningscommissie interventies heeft Kwink erkend als ‘goed onderbouwd’. Kwink is daardoor nu opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugd instituut (NJi).

Contact

Bezoekadres

IKC de Wieling

Kolkweg 5
6685 BC Haalderen
Postbus 110 6680 AC Bemmel

E-mail: wieling@delinge.nl
Tel: 0481-462172

Privacyverklaring